Op 13-3-2011 heb ik voor de PDA cursus een Quickscan test op lerarenweb afgenomen t.b.v. mijn nulmeting gerelateerd aan de zeven SBL docent competenties:

  1. Interpersoonlijk competent
  2. Pedagogisch competent;
  3. Vakinhoudelijk & didactisch competent;
  4. Organisatorisch competent;
  5. Samenwerken met collega’s;
  6. Samenwerken met omgeving;
  7. Reflectie & Ontwikkeling;

De onderstaande figuur bevat het resultaat overzicht van de quickscan test. Klik hier om de Quickscan als tekst te downloaden.

Conclusies uit de Quickscan nulmeting

Uit de gemaakte Quickscan kan ik conclusies trekken over de competenties die ik nog moet trainen tijdens de cursus Pedagogisch Didactische Aantekening. De conclusies luiden per SLB competentie als volgt:

* Dit zijn verwijzingen naar score aandachtgebieden uit het Quickscan als tekst document

1) Interpersoonlijk competent:
(1.4)* Opvattingen over de kwaliteit van interpersoonlijk handelen. Volgens de Quickscan test scoor ik hier nog niet hoog op (56%).  Uit de SBL competentie beschrijving kan ik terugleiden dat ik nog moet werken aan: Het stimuleren van gewenst gedrag en het aanspreken van leerlingen op het gedrag. En daarnaast dien ik ook nog via training rekening te leren houden met het afstemmen van mijn taalgebruik op het niveau van de leerlingen.

2) Pedagogisch competent:
(2.2, 2.3.2, 2.5)  Uit de Quickscan test blijkt dat ik nog moet trainen met het: Signaleren van problemen en belemmeringen in de sociaal emotionele en morele ontwikkeling van leerlingen, en het eventueel samen met collega’s opstellen van een passend plan van aanpak of benadering. Daarnaast geeft de test aan dat ik mijn leerlingen nog meer ruimte moet bieden om zelfstandig te werken. In mijn huidige lesmethode werken de leerlingen samen in projecten, en zijn zei redelijk afhankelijk van elkaar. Ik moet dus nog trainen met het inbouwen van zelfstandige onderdelen in mijn projecten. Nu laat ik de leerlingen daar vrij in, ik zal dus hier dus meer sturing moeten aanbrengen.

3) Vakinhoudelijk & didactisch competent:
(3.5) Uit de scan blijkt dat ik nog niet sterk ben in het signaleren van leerproblemen en –belemmeringen en het vaststellen van een benadering of plan van aanpak. Tijdens de cursus moet ik dus nog trainen met het vaststellen van leerproblemen.

4) Organisatorisch competent:
(4.3) Uit de scan blijkt dat mijn planning van mijn lessen nog niet geheel vlot verloopt. Vooral de afstemming met de leerlingen loopt nog niet soepel. Dit vind ik herkenbaar, ik heb gelijktijdig veel verscheidene groepen in niveau. Dit maakt het mij vaak moeilijk in het afstemmen van planningen met mijn leerlingen. Daarom ga ik samen met mijn leerlingen trainen in overlegvormen en projectmanagement (zodat zei het belang van planning en communicatie gaan beseffen waardoor het planmatig stellen van doelen bereikt kan worden).

5) Competent in samenwerken met collega’s:
Uit de scan kwamen geen duidelijke aandachtspunten naar voren. Tijdens de cursus hoop ik inzicht te krijgen in het nog beter afstemmen van de onderwijslogistiek met mijn collega’s.
 

6) Samenwerken met omgeving:
(6.1) Uit de scan blijkt dat ik nog moet trainen in het communiceren met belanghebbende over de leerlingen, en het gebruikmaken van de informatie die ik daarbij krijg. Dit wil ik trainen door middel van het meedraaien bij voorlichtingsavonden, en het organiseren van ouderavonden.

7) Reflectie & Ontwikkeling;
Uit de scan kwamen geen duidelijke aandachtspunten naar voren. Graag wil ik nog trainen in het reflecteren met leerlingen t.a.v. het beoordelen van projecten en zelfstandige werkzaamheden. Ik zie dat veel leerlingen hier mee worstelen, en dat ik op dit moment nog niet de juiste reflectie vragen weet te stellen. Daarom ga ik een collega vragen om in het begin met mij samen de reflectie gesprekken te voeren.